173911.fb2
Toen ik Diane vroeg of ik haar reading in dit boek mocht gebruiken, vond ze dat een eer. Maar eerlijk gezegd ben ik degene die zich vereerd voelt dat ik zo'n veerkrachtige, charmante vrouw heb leren kennen. Diane hoopt dat haar verhaal een troost kan zijn voor andere mensen die iets vergelijkbaars hebben meegemaakt. Ook kan dit hoofdstuk mensen die nog nooit een reading hebben gehad een idee geven van hoe dat gaat. Dianes verhaal is een voorbeeld van wat er kan gebeuren als je bij de andere kant op bezoek gaat. Diane was een vrolijke, vrijgevochten jonge vrouw die gemakkelijk contact legde. Jim was een levendige, aardige, jonge vent die er aantrekkelijk uitzag. Ze ontmoetten elkaar in 1968
op de middelbare school. Zij was vijftien, hij zeventien. Toen Jim in dienst ging verloren ze elkaar uit het oog, maar ze ontmoetten elkaar een paar jaar later opnieuw en trouwden toen binnen een maand. Ze waren gelukkig samen en genoten van hun nieuwe gezinnetje. Halverwege de jaren zeventig, ze waren vijf jaar en twee maanden getrouwd, kwam er opeens een einde aan hun huwelijksgeluk.
We spoelen snel door naar 2001, het jaar waarin ik haar ontmoette. Diane kwam naar een groepssessie in de hoop iets te horen van een zeker persoon aan de andere kant. Ik stapte op haar af, omhelsde haar en iedereen ging zitten zodat we met de sessie konden beginnen. Toen Diane aan de beurt was, vroeg ze me of ik iemand bij haar zag. Ik vertelde dat ik een man zag die zo op het eerste gezicht uit de jaren zeventig leek te komen: hij had een snor maar geen baard. Hij zei iets over zijn haar dat op een of andere manier belangrijk voor hem was. Het was aan de zijkanten korter geknipt dan aan de achterkant. Hij droeg een strakke spijkerbroek en had een lekker kontje. Hij was zeer aantrekkelijk, lang en dun met brede schouders, en hij had een verblindende glimlach. Hij liet me een akoestische gitaar zien.
Diane zei: ‘Dat is Jim, mijn man. Hij had een snor maar geen baard, want het lukte hem niet om die te laten groeien.’ Diane leek dat wel grappig te vinden. Ik zei: ‘Hij overleed door een hoofdwond die iemand hem had toegebracht.’ Diane bevestigde dit en voegde eraan toe dat Jim in de jaren zeventig was overleden.
‘Hij laat me de hele tijd een met rook gevulde ruimte zien, iets als een café.’ Diane vertelde dat Jim zijn moordenaars inderdaad in een café had ontmoet.
‘Hij vertelt me ook dat er een vrouw bij zijn dood betrokken was. Hij zegt dat hij niet meteen dood was. Hij zegt ook dat de betrokkenen voor een minder zwaar misdrijf zijn veroordeeld, maar dat ze nog steeds de prijs betalen voor wat ze hem hebben aangedaan.’ Diane vertelde dat er inderdaad een vrouw betrokken was geweest bij zijn dood, dat de verantwoordelijken een minder zware straf hadden gekregen en dat Jim niet meteen was overleden.
Jim zei me toen dat ik tegen Diane moest zeggen dat het hem speet. Diane zei dat ze het begreep en dat hij geen spijt hoefde te hebben. Ik zei haar dat Jim altijd al had geweten dat ze slim was en dat Jim me vertelde dat hij van tevoren had geweten dat zijn tijd gekomen was. Diane antwoordde dat Jim inderdaad altijd had gezegd dat hij dacht dat hij voor zijn dertigste zou overlijden en dat hij zesentwintig was toen hij stierf. Het is niet ongewoon dat mensen aanvoelen wanneer hun leven ten einde zal komen. Toen Diane voor dit boek werd geïnterviewd, onthulde ze de gebeurtenissen die tot Jims dood hadden geleid. Ik wil daar hier iets meer over vertellen omdat ik het belangrijk vind dat jonge mensen inzien dat ze voorzichtig moeten zijn anderen hun vertrouwen te schenken. Mensen kunnen opeens een andere toon aanslaan. Ik hoop dat Jims verhaal mensen bewuster maakt van hun persoonlijke veiligheid.
Diane vond het fijn haar verhaal te kunnen delen; het helpt haar als ze kan praten over wat er met haar man is gebeurd. Na een egoïstische en gewelddadige actie blijven er altijd dierbaren achter. De overlevenden moeten de dood van degene die ze verloren hebben een plekje kunnen geven en die persoon kunnen gedenken. Dit is mijn manier om Jim te eren, omdat hij een goed mens was. Jim is nu weg en er komt een dag dat zijn moordenaars zich zullen moeten verantwoorden voor wat ze hebben gedaan. Hoewel ik in een liefdevolle God geloof, geloof ik ook in een rechtvaardige God. De daden van criminele individuen worden nooit vergeten.
Jim kende de mensen door wie hij is vermoord niet erg goed, maar hij vertrouwde hen omdat dat nu eenmaal in zijn aard lag. Mensen die een ander nooit kwaad zouden doen, gaan ervan uit dat iedereen het menselijk leven evenzeer waardeert. Helaas gaat dat niet altijd op.
Jim stapte in de auto bij een vrouw en twee mannen die hij die avond voor het eerst in een café had ontmoet. Ze zouden gaan kijken of een gemeenschappelijke kennis thuis was. Dat bleek niet het geval. Ze waren op weg terug naar het caf toen de passagiers ruzie kregen. De chauffeur bracht de auto in de buurt van het café tot stilstand en remde daarbij zo hard dat een echtpaar dat vlakbij woonde er wakker van werd. De getuigen zagen Jim en de chauffeur uit de auto stappen. De chauffeur gaf Jim een karatetrap tegen zijn hoofd waardoor Jim op de grond viel. De vrouw mengde zich toen in de ruzie en schopte met haar plateauzolen herhaaldelijk tegen Jims hoofd.
Een tweede mannelijke aanvaller stapte uit de auto en begon Jim ook te schoppen. Vervolgens hield hij zich vast aan het spatbord van de auto en sprong boven op Jims al bloedende hoofd. De oorspronkelijke eerste aanvaller trok de tweede aanvaller toen van Jim af en ze gingen er in de auto vandoor. Een van de omwonenden die de aanval hadden gezien, rende naar Jim toe om hem te helpen en hield hem vast in afwachting van de ambulance. Het enige wat Jim tegen de vrouw zei was: ‘Waar is mijn vrouw?’
Jim kwam in het ziekenhuis weer bij kennis, waar hij zijn aanvallers wist te identificeren (ze werden gearresteerd). Jim vroeg Diane haar moeder te bellen omdat hij haar wilde spreken. Jim kon het erg goed vinden met Dianes moeder en beschouwde haar als zijn eigen moeder. Toen hij haar aan de lijn kreeg, zei hij zwakjes: ‘Mam, ik kom naar huis.’
Wat hij daar ook mee bedoelde, hij overleed twee weken later. Diane was ervan overtuigd dat Jim wist dat hij het niet zou overleven.
Toen ik Diane voor dit boek interviewde, vertelde ze me dat Jim zich via een droom aan haar had geopenbaard, drie dagen voor we elkaar ontmoetten. Soms is het voor geesten makkelijker ons via een droom te bereiken omdat onze verdedigingslinie tijdens onze slaap wat minder sterk is.
Bij onze groepssessie had ik tegen Diane gezegd dat Jim eerder — in een droom — bij haar was geweest en dat was voor haar een bevestiging van zijn aanwezigheid. In haar droom had Jim zijn armen om haar heen geslagen, haar vastgehouden en gezegd: ‘Hier heb ik lang op gewacht.’
Om Dianes interpretatie van deze uitspraak te verduidelijken zal ik er een kleine uitleg aan vooraf laten gaan. Diane had voor mijn reading contact opgenomen met een televisieprogramma waar een medium te gast zou zijn. Ze wilde er graag naartoe omdat ze op die manier hoopte dat ze de dood van haar man kon afsluiten. Haar kinderen hadden de berichten op het antwoordapparaat afgeluisterd en hadden blijkbaar het bericht gewist met de instructies voor hoe ze zich kon opgeven. Diane was teleurgesteld geweest dat deze mogelijkheid nu aan haar voorbijging. Een collega van haar had haar toen over mijn groepssessies verteld, en de rest weet je al. Diane had het idee dat Jim meerdere malen had geprobeerd haar naar een derde partij te leiden (een medium) om te bevestigen dat hij bij haar was. Ze zei dat ze het gevoel had dat ze een medium moest bezoeken. Ze legde Jims opmerking als volgt uit: hij had lang gewacht op het moment dat zij bevestiging kreeg van zijn aanwezigheid en zijn dood een plekje kon geven.
Ik had Diane tijdens haar reading een bericht van Jim doorgegeven. Ze heeft me pas veel later, toen ze voor dit boek werd geïnterviewd, verteld wat die boodschap betekende. Ik had haar verteld dat Jim zei dat er een donkerharige man was die hij niet vertrouwde. Jim zei me haar te vertellen: ‘Hij is niet veranderd, dus laat je niets wijsmaken.’
Diane zei dat die opmerking voor haar het ontegenzeggelijke bewijs had geleverd dat Jim bij haar was. Ze vertelde dat haar man een aardige vent was die werkelijk iedereen vertrouwde, met uitzondering van een familielid. Jim vertrouwde die man echt voor geen cent. Dat gevoel was zelfs zo sterk dat hij niet wilde dat het familielid bij hen thuis kwam. Dit bewuste familielid kwam nadat Jim was overvallen ook naar het ziekenhuis. Zodra hij de kamer had verlaten, had Jim Dianes shirt vastgepakt, haar naar zich toegetrokken en in haar oor gefluisterd: ‘Vertrouw hem niet, hij is niet veranderd, dus laat je niets wijsmaken.’
Jim had mij de woorden gegeven die voor Diane zo ongelooflijk veel betekenden. Er waren maar drie mensen die van dit voorval afwisten: Jim, Diane en haar moeder. Diane had het tot nu toe nog nooit aan iemand anders verteld.
Jim benadrukte toen hij doorkwam duidelijk dat het belangrijk voor hem was een dochter te erkennen, en dus vroeg ik Diane of ze een dochter had. Ze twijfelde even en zei toen dat Jim een stiefdochter had. Dit antwoord stond Jim niet aan en hij liet via mij weten dat hij Angie als zijn dochter beschouwde. Ik gaf dit aan Diane door en ze glimlachte. Ze zei dat Jim altijd boos werd als mensen zeiden dat Angie zijn stiefdochter was, dat hij hen dan terechtwees. Zelfs na zijn dood waren zijn gevoelens daarover niet veranderd. Ik vertelde Diane dat ze Angie moest vertellen dat Jim had gezegd dat hij met zijn kleinkinderen speelde. (Diane vertelde dit na de reading aan Angie. Angie zei dat dat haar niet verbaasde, dat haar kleintjes vaak lol hadden over iets wat er ogenschijnlijk niet was.) Diane vertelde me verder nog dat ze zes kleinkinderen had maar werd al snel door Jim terechtgewezen. ‘Nee, niet jij, wij hebben zes kleinkinderen.’
Jims liefde voor zijn stiefdochter ging heel ver. Toen hij nog in leven was geweest, had hij Diane verteld dat hij niet in staat zou zijn geweest zo'n mooi kind als Angie te verwekken, en dat iemand anders haar daarom in deze wereld had moeten brengen opdat hij haar kon opvoeden. Angie was één toen Jim in haar leven kwam.
Jims geest heeft me een hoop geleerd. Aan het begin van onze reading had hij me een akoestische gitaar laten zien. Zijn vader speelde akoestische gitaar en Jim zat vaak bij hem als hij zijn muziek opnam. Jims zoon speelde in zijn tienerjaren ook gitaar. De gitaar had dus meerdere betekenissen en gaf de band aan tussen grootvader, vader en kleinzoon. Het was ook fijn te zien dat Jim en zijn vader aan de andere kant samen waren.
Vooral voor jonge mensen is het moeilijk om iemand te verliezen die hen zeer dierbaar is. We zouden allemaal graag willen denken dat een geest die ons komt opzoeken de levenden troost biedt, maar dit is helaas niet altijd het geval. Als een levende rouwt om het verlies van iemand die hem dierbaar was, wil de geest graag in de buurt zijn om hem tot steun te zijn.
Dit kan op een lastige paradox uitdraaien. Als de energie van zo'n geest bij ons in de buurt is, voelen we die energie. We verlangen naar de persoon die we missen en we hebben niet door dat die juist op dat moment bij ons is, tijd met ons doorbrengt en onze pijn voelt. Bij het voelen van al die pijn, zal de geest nog harder zijn best doen om troostende energie door te geven en dat kan bij de persoon die verdriet heeft tot verschillende reacties leiden: beelden die door zijn hoofd flitsen, het horen van een liedje, het voelen van een koude luchtstroom, de indruk dat hij wordt aangeraakt.
Soms leidt dit ertoe dat de levende persoon juist meer gaat verlangen naar de persoon die is overleden en dan doet het dus meer pijn. Ik denk niet dat geesten beseffen dat hun aanwezigheid de pijn van het verlies kan verergeren. Iets soortgelijks kan gebeuren als een geest bij een dierbare in de buurt wil zijn; dan kan de levende juist denken dat hij zomaar zonder aanleiding aan de overledene denkt.
Onze reactie in zo'n geval is heel voorstelbaar: ‘Ik heb al een tijdje niet aan die persoon gedacht, ik vraag me af waarom ik nu opeens aan hem denk.’ Wat er in werkelijkheid gebeurt, is dat de energie die ons komt opzoeken ervoor gezorgd heeft dat we terugdenken aan gevoelens en herinneringen die met die overledene te maken hebben. Als je openstaat voor het idee dat onze dierbaren ook na hun dood nog bij ons zijn, kunnen we de relatie die we met ze hebben nadat ze lichamelijk zijn gestorven beter begrijpen. Als je dit niet helemaal kunt bevatten, weet dan in elk geval dat jij en je dierbaren weer samen zullen zijn als jouw tijd gekomen is en jij naar de andere kant wordt uitgenodigd. Je moet niet te veel haast hebben met deze reünie. We zijn hier om te leren en te genieten van het leven, maar voor elk van ons geldt dat die dag komt.
Die dag was Jim de enige geest die ik voor Diane doorkreeg; hij was de bezoeker op wie ze gehoopt had. En voor mij is Jim een van mijn favorieten aan de andere kant geworden. Hij heeft het hart van de kerstman, het vertrouwen van een kind en de humor van een vriend die je een hart onder de riem steekt als je het even niet meer ziet zitten. Ik kan hem met mijn beschrijving geen recht doen, sommige mensen zijn gewoon niet in woorden te vatten. Toen Jim zijn energie begon terug te nemen, was het laatste dat hij tegen Diane zei: ‘We zullen altijd samen zijn en op de dag dat jouw tijd gekomen is om hierheen te komen, zal ik je opwachten.’
Jim toonde me zijn hand die hij liefdevol had uitgestoken naar Diane, alsof hij haar van het ene leven naar het andere wilde helpen (maar niet op korte termijn, hoor). Diane zei dat ze het nu kon afsluiten en was tevreden. Ze zei dat ze na haar reading een intens kalm, vredig en goed gevoel had. Diane is een van de redenen waarom ik dit werk blijf doen.