173911.fb2
Toen Domini te horen kreeg dat ze stervende was, nam ze contact op met een aantal vrienden van vroeger en een van hen was Stacey. Ik ken Stacey al dertien jaar, via Domini. We gingen op de middelbare school veel met elkaar om, maar we waren nooit echt dikke vrienden geworden.
Domini was zich een keer bij Stacey thuis aan het voorbereiden op een feest dat ik ter ere van haar had georganiseerd. Dom kon op dat feest nog een keer voor haar overlijden tijd doorbrengen met het vriendenclubje van vroeger. Domini zette ons enigszins voor het blok toen ik belde en ze de telefoon aan Stacey gaf en ons dwong met elkaar te praten. We kwamen erachter dat Stacey en ik maar een paar kilometer van elkaar vandaan woonden en dat we dezelfde sarcastische humor hadden. Opvallend genoeg konden Stacey en ik het meteen met elkaar vinden en we spraken een datum af zodat onze kinderen met elkaar konden spelen.
Stacey was zwanger van haar tweede. Ze had al besloten dat ze hem Trevor zou noemen en net als elke opgewonden moeder wilde ze graag de echo's van haar zoontje aan me laten zien. Ze gaf me de foto's en ik bewonderde de kleine verschijning.
‘Domini heeft me verteld wat je doet. Is alles goed met hem?’ vroeg Stacey. Ik aarzelde even en liet mijn hand toen over de echo gaan; mijn hand stopte onder bij zijn buik. ‘Er is niets mis met hem, behalve hier,’ zei ik en wees naar zijn nieren. Stacey antwoordde: ‘0 ja, de dokter zei dat zijn ene nier groter is dan de andere, maar dat schijnt normaal te zijn bij jongens en schijnt in de baarmoeder wel over te gaan.’
Ik wist niet zeker of ik haar een eerlijk antwoord moest geven. Moest ik een zwangere vrouw van wie ik hoopte dat ze een vriendin van me zou worden bezorgd maken, of moest ik liegen en Stacey er zelf, later in haar zwangerschap, achter laten komen. Maar ze drong aan. ‘Vertel het me nou maar.’
‘Hij heeft een ernstig nierprobleem, maar er is iets aan te doen. Er bestaat een medische ingreep die ze in utero kunnen doen.’
Stacey antwoordde: ‘Je bedoelt dat ze dan bij me naar binnen moeten? Ze hebben gezegd dat ze voor zijn geboorte niets zouden doen en dat het zich in de baarmoeder zou herstellen.’
De informatie die ik haar had gegeven verontrustte haar duidelijk en dat was ook wel begrijpelijk. Ze vroeg wat ik nog meer zag. Ik vertelde haar dat de artsen na Trevors geboorte nog een andere ingreep zouden moeten uitvoeren, maar dat dat een redelijk gebruikelijke operatie was en dat alles goed zou komen met hem.
Stacey was ongerust genoeg om een vroegtijdige controle bij Trevor te laten uitvoeren, maar ze had echt het gevoel dat alles goed zou komen en dat de arts haar zou zeggen dat het nierprobleem al was opgelost. Helaas was dat niet het geval. De verpleegster riep Staceys arts erbij om haar toestand nader te bekijken. Stacey kreeg te horen dat de nieren en de blaas van haar baby opgezwollen waren. De onderzoeken wezen uit dat er misschien wel sprake was van nierfalen en dat hij weinig vruchtwater had. Ze werd doorverwezen naar een specialist en kreeg te horen dat het er niet goed uitzag. Stacey belde me in tranen op. ‘Je had gelijk, er is iets mis.’
Dit was een van die gevallen waar ik het het liefst bij het verkeerde eind had gehad. De arts bleef maar zeggen: ‘Het spijt me, Stacey.’ Stacey vroeg hem of er een kans was dat Trevor het zou halen. De arts antwoordde: ‘Ik wil even met een collega overleggen; daarna kom ik bij je terug.’
De artsen wilden het vruchtwater nog een keer onderzoeken en ditmaal was de uitslag nog slechter. Stacey hoopte dat ik haar kon troosten, maar het enige wat ik kon zeggen was:
‘Hij redt het wel, Stacey. Dit is een van de moeilijkste ervaringen die je in dit leven zult doormaken, maar ik weet dat Trevor geboren zal worden en dat alles goed zal komen.’
Ik was bang dat ik overkwam als een neerbuigende, botte betweter, maar ik wist dat ik gelijk had.
Ik vertelde haar vervolgens over haar grootvader aan de andere kant die aan het ‘prutsen’ was (een uitdrukking die hij volgens haar vaak gebruikte) en op zijn eigen manier voor Trevor probeerde in te grijpen. Haar grootvader gaf me details. Een daarvan was dat zijn koekoeksklok niet meer werd opgewonden en dat hij graag wilde dat Stacey dat zou doen. Ik vertelde haar dat het de bruine klok was met de grote, zwarte esdoornbladeren erop. Stacey zei dat ze precies wist over welke klok ik het had. Dit was belangrijke informatie om door te geven, omdat het iets persoonlijks bevestigde tussen Stacey en haar grootvader. Hij wilde ook dat ze zou weten dat ze er niet alleen voor stond en dat hij vanaf de andere kant zijn uiterste best deed. Ik bleef aan de telefoon met haar, luisterde naar haar hartverscheurende gesnik en voelde me machteloos dat ik behalve er voor haar zijn niets voor haar kon doen.
Binnen een week stelde Staceys nieuwe specialist, Dr. Foley, een nieuwe behandeling voor die in Engeland werd toegepast. Het hield in dat ze via de buik van de ongeboren baby een bypass in zijn blaas zouden aanbrengen voor de doorvoer van urine en de productie van vruchtwater, wat noodzakelijk was om hem in leven te houden tot hij geboren kon worden. De operatie zou de dag voor Thanksgiving plaatsvinden en Stacey maakte zich zorgen.
Alles ging goed, totdat de bypass brak. Dr. Foley had dat een keer eerder meegemaakt en er was geen back-up bypass. De ingreep mislukte. Toen Stacey de hoop had opgegeven dat ze haar baby ooit levend zou zien, keek Dr. Foley haar vol medeleven aan en zei: ‘Laat mij je hoop zijn.’
Die Thanksgiving had Stacey weinig om zich dankbaar voor te voelen. Ze belde me overstuur op; ze was bang dat Trevor niet eens het eind van het weekend zou halen. Zijn vruchtwaterpeil was gevaarlijk laag en als het opraakte zou hij niet meer kunnen ademen. Ik probeerde haar te troosten. ‘Het komt goed met hem. Het is misschien een rustige baby, maar hij is ook taai.’
Stacey wilde me graag geloven, maar hoe kon ze optimistisch zijn onder deze omstandigheden? Op maandag deden haar artsen nog een echo. Stacey had zich erop voorbereid dat ze te horen zou krijgen dat er geen verandering was opgetreden of misschien zelfs dat hij het niet had overleefd. Ze had zich niet voorbereid op wat er toen gebeurde. Haar arts wees opgewonden naar de toename in het vruchtwater; dat had nu een normaal peil bereikt. Hij had een keer eerder gehoord dat dat gebeurd was, maar dat had hij gelezen in een medisch handboek. Trevor was een wonder. Maar Stacey stond zichzelf nog niet toe te veel hoop te koesteren.
Ik had contact met Trevor terwijl hij in de baarmoeder zat. Ik wist hoe hij zich voelde, hoe hij eruit zou zien, wat voor karakter hij had; en als hij met pure wilskracht op deze wereld kon komen, dan zou ik daarvoor zorgen. Ik deed een hoop gewetensonderzoek bij mezelf en stelde mijn gidsen veel vragen over het leven en over de dingen die er echt toe doen. Al die tijd bleven ze me verzekeren dat de baby zou komen en dat er krachten waren van de andere kant die hem daarbij hielpen.
Op 18 februari 2001 werd mijn petekind geboren: Trevor Jon (naar Stacey's grootvader) Michael (naar Dr. Michael Foley, die Stacey's eeuwige dank heeft omdat hij haar baby heeft gered). Ik was bij Trevors geboorte. Ik wilde er perse zijn om meteen te weten of alles goed met hem was. Deze wurm woog bijna acht pond terwijl hij vier weken te vroeg geboren werd!
Ik had Stacey voor zijn geboorte verteld dat hij lichte ogen zou hebben, net als zijzelf, in plaats van donkerbruine zoals haar man en haar dochter. Hij zou het golvende haar van zijn vader hebben en de bouw van een lijnverdediger, en hij zou de rustigste en gelukkigste baby zijn die ze ooit had gezien. Hij ziet er precies zo uit en is exact zoals ik hem voor zijn geboorte had gezien. Ik kende hem al lang voor onze formele kennismaking. Trevor moest na zijn geboorte wel meteen een nieroperatie ondergaan. Stacey bleef er rustig onder omdat ik haar vier maanden daarvoor al had verteld dat dit zou gebeuren. Toen ze dat zei, wist ik dat ik de juiste keuze had gemaakt toen ik haar had verteld over de medische ingrepen die Trevor zou moeten ondergaan.
Ik vertelde Stacey ook dat Trevor na een halfjaar van bepaalde medicatie zou worden afgehaald en dat gebeurde ook. Ze vroeg me over een operatie die Trevor na een jaar zou moeten ondergaan en ik vertelde haar dat deze operatie tussen zijn zesde en negende maand inderdaad nodig zou zijn, maar dat het allemaal in orde zou komen. De artsen waren ervan overtuigd dat hij ouder zou moeten zijn dan de leeftijd die ik aangaf. Welnu, mijn veerkrachtige kleine mannetje onderging die operatie toen hij negen maanden oud was en de artsen zeiden dat het goed was dat ze die operatie toen deden. Als ze met de operatie hadden gewacht, waren er complicaties ontstaan. Ik wil benadrukken dat er voor Trevor werd gezorgd door krachten die buiten mij lagen. Ik probeerde met mijn voorspellingen voor Stacey te zorgen. Stacey maakt nu regelmatig gebruik van haar eigen intuïtie en dringt aan als ze antwoorden van Trevors artsen wil hebben. Dat ze nu op haar eigen instinct vertrouwt, is goed voor haar zoon en voor zijn toekomst. Intuïtie is zo belangrijk als het om gezondheidskwesties gaat. Als je niet tevreden bent met wat je arts je adviseert, ga dan naar een andere arts voor een second opinion. Je zult je dokter daarmee echt niet kwetsen. Trevor heeft me nu al een paar waardevolle lessen geleerd. Allereerst dat geloof en vertrouwen niet te onderschatten krachten zijn. Hou je goed vast aan de jouwe. Een andere les is dat inmenging van de andere kant een van de manieren is waarop onze liefde blijft voortbestaan, zelfs nadat we naar de andere kant zijn overgegaan. Onderschat eeuwige liefde niet. Deze ervaring deedme ook beseffen dat een crisis mensen nader tot elkaar brengen, maar hen ook uit elkaar kan trekken. Stacey is nu mijn beste vriendin en als we terugdenken aan haar zwangerschap van Trevor zullen we nooit vergeten dat we toendertijd niet zomaar bij elkaar zijn gebracht.
Ik heb een keer een reading gedaan voor een jonge vrouw die haar man was verloren en zij bleef de pijn van dit verlies bij zich dragen. Het grootste deel van die sessie gaf ik haar allerlei details en berichten over hem en van hem. Mijn cliënt vroeg of ze kinderen kon krijgen; ze had te horen gekregen dat dat waarschijnlijk niet zou lukken. Ik vertelde haar dat er inderdaad sprake was van littekens, maar dat ze zwanger kon worden en binnen twee jaar een kind zou krijgen. Ik ben blij hier te kunnen vertellen dat ze een jaar later een meisjestweeling kreeg.
Een ander significant medisch moment had te maken met de persoon die het dichtst bij me staat. Ik zat op een ochtend aan de ontbijttafel toen Joe's overleden grootvader doorkwam en zei dat Joe naar de dokter moest gaan en naar zijn hart moest laten kijken, en dat hij dat zou begrijpen omdat hartkwalen in zijn familie voorkwamen. Ik vertelde dit aan Joe en hij weet dat als ik iets doorgeef, het ook belangrijk is.
Hij maakte een afspraak met de dokter, die een hele batterij onderzoeken deed, waaronder een aantal bloedonderzoeken. Hieruit bleek dat zijn triglyceriden en cholesterol extreem hoog waren. Ik had hem al eerder gezegd dat ik bezorgd was dat hij rond zijn veertigste zou overlijden. De arts bevestigde dat hij geluk had dat hij hier nu was achtergekomen, dat Joe anders rond zijn veertigste een hartaanval zou hebben gekregen. Vreemd genoeg is mijn man niet te zwaar en zijn ouders zijn geen van beiden aan een hartkwaal overleden. Ik ben God om meerdere redenen dankbaar voor mijn gave, maar ik ben vooral heel erg dankbaar dat mijn man er zal zijn om onze dochters te zien opgroeien. Er zijn veel gevallen waarbij ik mensen verteld heb dat ze een röntgenfoto van hun borst moesten laten maken of een ander medisch onderzoek moesten laten doen, en dan bleek later dat ze een zeldzame vorm van tuberculose hadden of er werd een vroegtijdig stadium van borstkanker aangetoond. Ik beschouw dit als een mogelijkheid om in te grijpen bij mensen die raad van de andere kant nodig hebben.
Soms loop ik tegen een geval aan waar ingrijpen niet tot de mogelijkheden behoort. Het kost me veel moeite daar vrede mee te hebben. Als je er eenmaal aan gewend bent dat je een positieve inbreng kunt hebben in het leven van iemand anders, is het moeilijk te aanvaarden dat je niet iedereen kunt helpen. Soms hoort het bij iemands levenspad dat hij gewond raakt of vroegtijdig overlijdt. Waarom? Omdat een zekere tegenspoed ons eraan herinnert dat we niet mogen vergeten dat het leven heel waardevol is. Wat eigenlijk nog bijzonderder is, is dat er soms wel van de andere kant wordt ingegrepen en dat gebeden af en toe wel worden verhoord.