40431.fb2 Vlinders in een duikerpak - читать онлайн бесплатно полную версию книги . Страница 25

Vlinders in een duikerpak - читать онлайн бесплатно полную версию книги . Страница 25

DE MEISJES VAN HONGKONG

Ik was dol op reizen. Gelukkig heb ik in de loop der jaren genoeg beelden, geuren en indrukken kunnen verzamelen om eropuit te kunnen trekken op de dagen waarop een leikleurige hemel hier elke hoop op een uitstapje doet vervliegen. Het zijn rare zwerftochten. De ranzige geur van een bar in New York. De lucht van armoede op de markt in Rangoon. Afgelegen oorden. De doorwaakte, ijskoude nacht in Sint-Petersburg of de ongelooflijk brandende zon in Furnace Creek, in de Nevada-woestijn. Deze week is het een beetje speciaal. Elke ochtend vlieg ik bij het krieken van de dag naar Hongkong, waar het werkoverleg van de internationale edities van mijn blad wordt gehouden. Ik blijf 'mijn blad' zeggen, ondanks het onrechtmatig geworden karakter van die formulering, alsof dat bezittelijk voornaamwoord een van die dunne lijnen vormt die me met de bewegende wereld verbinden.

In Hongkong kost het me een beetje moeite mijn weg te vinden, want in tegenstelling tot veel anderen ben ik nooit in die stad geweest. Bij elke gelegenheid hield een boosaardig noodlot me weg van die bestemming. Als ik niet ziek werd op de dag voor vertrek, was ik mijn paspoort kwijt of moest ik voor een reportage ergens anders heen. Kortom, het toeval verhinderde me er te verblijven. Eén keer stond ik mijn plaats af aan Jean-Paul K., die toen nog niet jarenlang in een cel in Beiroet had doorgebracht, waar hij de classificatie van grands crus uit Bordeaux opsomde om niet gek te worden. Zijn ogen lachten achter zijn ronde brillenglazen toen hij kwam aanzetten met een draadloze telefoon, wat toen het nieuwste van het nieuwste was. Ik mocht Jean-Paul graag, maar ik heb de gegijzelde van Hezbollah daarna nooit meer gezien, waarschijnlijk uit schaamte dat ik er, wat mezelf betrof, voor had gekozen om in die periode in de coulissen van een glamourwereld te vertoeven. Nu ben ik de gevangene en is hij de vrije man. En omdat ik niet alle wijnsoorten van de Medoc ken, heb ik voor mezelf een andere opsomming moeten zoeken om de leegste uren te vullen. Ik tel de landen waar mijn blad wordt uitgegeven. Die VN van de verleiding bestaat al uit achtentwintig contreien.

Waar zijn jullie trouwens, lieve collega's, onvermoeibare uitdraagsters van onze French touch? In de salon van een hotel hebben jullie de hele dag in het Chinees, Engels, Thai, Portugees of Tsjechisch uiteenzettingen gehouden om te proberen een antwoord te geven op de meest metafysische aller vragen: wie is de vrouw van Elle? Ik stel me jullie nu buiten in Hongkong voor, lopend door straten vol neonverlichting waar zakcomputers en kommen noedelsoep worden verkocht, dribbelend in de voetsporen van onze algemeen directeur met zijn eeuwige vlinderdas, die iedereen in stormpas aanvoert. Deze halve Robbedoes, halve Bonaparte blijft alleen voor de hoogste wolkenkrabbers staan, en hij bekijkt ze zo kordaat dat het lijkt alsof hij ze gaat opslokken.

Waar gaan we heen, directeur? Springen we aan boord van de draagvleugelboot naar Macau om een paar dollar in de hel te gaan verbranden, of gaan we naar boven naar de Felix-bar in het Peninsula Hotel, ingericht door de Franse ontwerper Philippe S.? Uit een vlaag van eigenliefde kies ik voor de tweede optie. Hoewel ik er een hekel aan heb gefotografeerd te worden, bevindt mijn portret zich in dat hooggelegen, luxueuze café, afgebeeld op de rugleuning van een stoel tussen tientallen andere Parijse figuren van wie Philippe S. een portret heeft laten maken. Natuurlijk voltrok die operatie zich een paar weken voordat het lot me in een vogelverschrikker veranderde. Ik weet niet of mijn stoel meer of minder succes heeft dan de andere, maar ga vooral niet aan de barman vertellen hoe de vork in de steel zit. Die mensen daar zijn allemaal bijgelovig en dan zou er geen enkele van die verrukkelijke Chinese meisjes in minirok meer tegen me aan komen zitten.